Waarom is dit het oudste interieurstuk in deze kerk?
Er is weinig in het interieur van de Martinuskerk dat dateert uit de periode van vóór de Reformatie. Tijdens de Beeldenstorm in 1566 is alles kort en klein geslagen. Alleen dit doopvont bleef gespaard, het is dan ook 15de eeuws. De reden dat het niet vernield is in de Beeldenstorm is dat de doop het enige sacrament is dat ook door de protestanten wordt erkend.
Het koperen Martinusbeeldje op de deksel is niet origineel. Het is een kopie, het origineel is in 1890 voor 600 gulden door het kerkbestuur verkocht aan een Brits museum.
Het hek voor het doopvont is in 1662 geschonken door Jan van der Croon, een in Weert geboren militair, die actief was tijdens de Dertigjarige Oorlog. In het hek is zijn wapenschild verwerkt.
De Beeldenstorm
De Beeldenstorm in 1566 maakt deel uit van de opstand van de Nederlandse gewesten tegen Koning Filips II van Spanje. Door het bestuur te centraliseren probeert deze meer macht naar zich toe te trekken. Daarnaast wil hij de scheuring in de kerk bestrijden: iedereen die zich bekeert tot de nieuwe stroming van de protestanten moet de doodstraf krijgen. De Nederlandse edelen met als erenaam Geuzen komen steeds openlijker in verzet. Het aantal aanhangers van het protestantisme groeit en zij komen bijeen in openluchtbijeenkomsten om naar rondtrekkende predikanten te luisteren. In augustus 1566 mondt zo’n bijeenkomst uit in de bestorming van een nabijgelegen klooster waarbij religieuze beelden worden vernield. Als een storm trekt deze plundering van west naar oost over de Nederlanden en bereikt eind van die maand ook Weert. Het eerste doel is het klooster van de minderbroeders op de Biest. De volgende dag bezoeken de beeldenstormers eerst het klooster Maria Wijngaard, maar de zusters zijn gewaarschuwd door Anna van Egmont en hebben de voornaamste beelden en andere waardevolle zaken uit het klooster in veiligheid gebracht. Bovendien bedenken zij een tegenzet. Maria Luyten, zuster en kroniekschrijfster in het klooster: “Wij setten hun t’eeten en te drincken voor, waarvoor sij ons seer bedankten.”
Diezelfde nacht valt wel de St. Martinuskerk ten prooi aan het geweld. Alle beelden, stoelen en lessenaars worden kort en klein geslagen. Na de beeldenstorm wordt de kerk ingericht voor de calvinistische dienst. Maar ze is nooit echt een protestantse kerk geweest.
Jan van der Croon
Jan van der Croon is geboren in Weert rond 1600. Over de eerste jaren van zijn leven zijn geen gegevens bekend. In 1624 treedt hij in dienst van de beruchte Spaanse generaal Spinola die dan Breda belegert. Het jaar 1626 brengt hem als eenvoudig voetsoldaat, piekenier, naar Hongarije waar hij in dienst komt van Albrecht van Wallenstein. Daarmee zegt hij de Nederlandse Opstand vaarwel. Zijn militaire kwaliteiten komen in een andere strijd tot rijping: de Dertigjarige Oorlog.
Zestien jaar later heeft hij de rang van kolonel en is hij militair entrepreneur. Van der Croon vervolgt zijn militaire loopbaan bij de Duitse Keizer. Hij vormt een eigen regiment waarmee hij voor geld vecht. Hij vertrekt naar Bohemen.
Na zijn loopbaan van militair te velde wordt hij in 1645 militair commandant van de stad Pilsen in Bohemen. Dat blijft hij tot en met 1650. Hij legt zich toe op het bouwen van verdedigingswerken.
Jan wordt benoemd tot stadscommandant van Praag. In 1658 volgt de definitieve benoeming tot vice-commandant van de Bohemen.
Van der Croon heeft zijn geboortestad nooit vergeten. Hij heeft diverse schenkingen gedaan aan instanties in Weert.
Baptismal font
Why is this the oldest interior piece of St Martinus Church?
There is little in the interior of St Martinus Church that predates the Reformation. During the Iconoclast <link> in 1566, everything was smashed to smithereens. Only this baptismal font was spared, so it is 15th century. The reason it was not destroyed in the iconoclasm is that baptism is the only sacrament recognised by Protestants too.
The copper Martin statue on the lid is not original. It is a copy; the original was sold in 1890.
The fence in front of the baptismal font was donated in 1662 by Jan van der Croon, a soldier born in Weert, who was active during the Thirty Years’ War. His coat of arms has been incorporated into the fence.
Jan van der Croon
Jan van der Croon was born in Weert around 1600. No information is known about the first years of his life. In 1624 he entered the service of the notorious Spanish general Spinola, who then laid siege to Breda. The year 1626 brought him to Hungary as a simple foot soldier, pikemen, where he entered the service of Albert of Wallenstein. In doing so, he says goodbye to the Dutch Revolt. His military qualities came to fruition in another battle: the Thirty Years’ War.
Sixteen years later, he holds the rank of colonel and is a military entrepreneur. Van der Croon continued his military career with the German Emperor. He forms his own regiment with which he fights for money. He leaves for Bohemia.
After his career as a soldier in the field, he became military commander of the city of Pilsen in Bohemia in 1645. He remained in that position until 1650. He focuses on building defensive structures.
Jan is appointed city commander of Prague. In 1658 he was appointed vice-commander of Bohemia.
Van der Croon has never forgotten his hometown. He has made several donations to institutions in Weert. Examples of this are this baptismal gate, but also the Franciscus altar in the Friars Minor Church on the Biest.
He died in Prague on 6 November 1665 and was buried in St. Thomas’ Church.